Band met opgroeiende kinderen verdiept na overlijden vrouw
Bron: Reformatorisch Dagblad – Onderwijs & Opvoeding – Michiel Bakker | 03-07-2009
De Graaf (49) is zojuist thuisgekomen van een sportdag op school. Hij is leraar geschiedenis, Nederlands en godsdienst op het Farel College in zijn woonplaats. „Ik heb jarenlang diverse banen gehad, onder meer in de bouw. Toen mijn vrouw overleed, was ik net een jaar leraar, waardoor ik meer thuis kon zijn. Daarin zie ik achteraf Gods leiding.”
In oktober 2002 krijgt zijn vrouw, Klazien, tijdens het boodschappen doen onverwachts een soort epileptische aanval. Onderzoek wijst uit dat ze een tumor in de hersenen heeft, die volgens de artsen vrijwel zeker goedaardig is. In een paar weken tijd groeit het gezwel echter behoorlijk en blijkt het allerminst onschuldig te zijn. „Toen ik dat hoorde, besefte ik met mijn verstand: Over een halfjaar is het voorbij.”
Eind december 2002 heeft in het Academisch Ziekenhuis Utrecht een zware, vier en een half uur durende operatie plaats. Half januari komt Klazien thuis, waarna de situatie verder verslechtert. „Vanaf maart heeft ze negen weken boven op bed gelegen. Kort nadat ze er een longontsteking bij kreeg, is ze overleden. Op 27 mei stonden we aan haar graf. Vier dagen later werd ik 43.”
Paniek
Het leven van De Graaf staat „emotioneel en praktisch op z’n kop. Vooral het eerste jaar was ik bezig met regelen, regelen, regelen. Als ik naar bed ging, was ik bekaf. Soms werd ik na een paar uur slapen overvallen door paniek. Doe ik dit wel goed, doe ik dat wel goed? Er ontbrak ineens een belangrijke schakel in het gezin en ik moest de taken erbij nemen die Klazien altijd had gedaan. Daarin schiet ik vaak schromelijk tekort.”
De combinatie van een fulltimebaan en de verantwoordelijkheid voor de opvoeding en het huishouden vergt veel van De Graaf. „Gelukkig kon ik het op school zo regelen dat ik altijd pas het tweede lesuur begon. Daardoor was ik nog thuis als mijn jongste zoon ’s ochtends wegging. En als hij ’s middags thuiskwam, zorgde ik dat ik er ook weer was.”
De weduwnaar schakelt geen huishoudelijke hulp in. „Mensen zeiden: Neem een werkster. Maar als ik zelf het huis niet bijhoud, raak ik het overzicht kwijt. Nu is het eerlijk gezegd een rommel, maar volgende week loop ik het hele huis van boven naar beneden weer langs. Het begin van de vakantie gebruik ik altijd voor een grote opruimbeurt.”
Hectisch
De invulling van de vakanties is na het overlijden van Klazien een zoektocht. In 2004 gaat De Graaf met zijn kinderen naar Italië, waar Cirkel Vakanties een campingterrein voor eenoudergezinnen heeft. „Je zit op jezelf en kunt je eigen gang gaan, maar ’s avonds schuiven mensen gemakkelijk bij elkaar aan en vertelt iedereen z’n lotgevallen. Het is geen christelijke organisatie, maar ik blijf tijdens zo’n vakantie mezelf en vul de zondag op m’n eigen manier in.”
Nadat hij een aantal jaren alleen met zijn kinderen op vakantie is geweest, tekent De Graaf opnieuw in voor een reis met eenoudergezinnen. „Vorig jaar ben ik met drie kinderen en de vriend van mijn oudste dochter naar Kroatië geweest. Het jaar daarvoor zaten we op een camping op Ameland en had ik weinig aansluiting bij andere kampeerders. Dat miste ik toch wel. Soms is het fijn behalve met je kinderen even met andere volwassenen te kunnen praten.”
Hij heeft het idee dat anderen vaak onderschatten hoeveel het kost als alleenstaande vader werk, huishouden en opvoeding te moeten combineren. „Natuurlijk hebben de kinderen ook hun taken in huis, maar het meeste komt toch op mijn schouders terecht. Ik wil ze ook niet overvragen. Ze hebben al zo veel meegemaakt dat ik ze verder het liefst een zo onbezorgd mogelijke jeugd wil geven. Voor mezelf is het vaak een kwestie van rennen en vliegen. Heel hectisch.”
Meer dan eens krijgt De Graaf te horen dat hij zo sterk is. „Maar ik heb ook wel eens de behoefte om níét sterk te zijn. De afgelopen zes jaren zijn de eenzaamste van mijn leven geweest. Lang niet iedereen beseft dat we als gezin diep gewond zijn. Mensen denken soms wel eens te simpel over hoe ons leven eruitziet en spreken soms zo gemakkelijk over hertrouwen.”
Herkenning en erkenning vindt De Graaf wel tijdens bijeenkomsten van Samen Alleen, een christelijke vereniging voor weduwen en weduwnaars die jonger dan 55 jaar zijn. „Iedereen heeft z’n eigen verhaal over de manier waarop een man of vrouw is overleden. Maar de nasleep is hetzelfde.”
Emoties
Bij keuzes die De Graaf moet maken, staat het gezinsbelang voorop. „Ik was ouderling in de gereformeerd vrijgemaakte kerk en gaf zes uur per week catechisatie. Dat ging niet meer. Een paar jaar geleden heb ik nog een keer geprobeerd twee uur catechisatie te geven, maar het kostte me te veel. Ik moest me thuis haasten om na het eten weg te komen. Aan het eind van het seizoen liep ik echt met de tong op de tenen. Dit soort extra activiteiten is voor mij verleden tijd.”
Op dit moment wonen zijn kinderen allemaal nog thuis –de oudste dochter hoopt in september te trouwen. De relatie met hen is door het sterven van zijn vrouw veranderd, zegt De Graaf. „Ik had met alle vier een goede band, die zich de afgelopen jaren heeft verdiept.”
Vooral het contact met zijn zonen kreeg een andere dimensie. „Hoe gedraag je je als vader tegenover je zonen? Stoer. De gevoelige lijn loopt meer via de moeder. Na het overlijden van Klazien –de jongens waren toen negen en vijftien– kwamen we ineens heel anders tegenover elkaar te staan. Je moet een nieuwe manier vinden om met elkaar om te gaan. Daar groei je langzaam in.”
In tegenstelling tot vroeger heeft De Graaf er nu geen moeite mee tegenover zijn kinderen zijn emoties te tonen. „Als ik ontroerd ben, bijt ik niet langer het puntje van m’n tong af om dat te verbergen. Ik zou tegen alle vaders willen zeggen: Zorg ervoor dat je zonen ook je gevoelige kant zien. Je hoeft niet alleen stoer te zijn.”
Puberteit
De puberteit van zijn kinderen plaatst De Graaf niet voor grote problemen. „Ik heb het geluk dat ik in het onderwijs werk. Doordat ik altijd met jongeren bezig ben, weet ik hoe ze zijn. Bovendien zijn mijn eigen kinderen niet moeilijk. Natuurlijk hebben ze soms een duidelijke wil –dat botst wel eens–, maar grote problemen hebben we niet gehad.”
Wel liepen twee kinderen vorig jaar vast op school. „Als Klazien nog had geleefd, waren ze waarschijnlijk niet blijven zitten. Zij ving zulke situaties altijd goed op. Toch is het ook nu uiteindelijk weer goed gekomen. Ik kan zulke dingen ook makkelijk relativeren. Zittenblijven is niet leuk, maar een brand is erger en een overlijden nog veel erger.”
Hij draait er niet omheen dat hij in de opvoeding fouten maakt. „In sommige situaties ben ik achteraf gezien wel eens te gemakkelijk geweest, terwijl ik op andere momenten juist te kort door de bocht reageerde. Dat is niet vreemd. Ik mis m’n maatje, ben in zekere zin sociaal gehandicapt. Mijn kinderen beseffen dat ook.”
De Graaf merkt op dat „een kat met één oog geen diepte kan bepalen. Dat ervaar ik sinds het overlijden van Klazien. Je kunt niet overleggen, elkaar niet corrigeren. Vroeger hield ik me nooit met zaken als kleding bezig. Nu komen de kinderen soms met iets thuis waarvan ik denk: Kan dat wel? Zijn de teksten die daarop staan bijvoorbeeld wel verantwoord? Daarover ga ik dan met hen in gesprek.”
De mooiste ogenblikken dienen zich doorgaans onverwachts aan, zegt De Graaf. Hij doelt onder meer op gesprekken die spontaan ontstaan, bijvoorbeeld tijdens het eten. „Een goede maaltijd heeft een geestelijke dimensie. Dat vind ik belangrijk. Ook als we ’s avonds met elkaar in de kamer zitten, ontstaat er soms ineens een goed gesprek. Maar ik kan er net zo goed van genieten als we gewoon samen een gezelschapsspel doen. Dat zijn kostbare momenten.”