64. Eénoudergezinnen

Provinciale Zeeuwse Courant – Algemeen – Binnenland – donderdag 06 maart 2008

Het aantal kinderen dat een deel van hun jeugd opgroeit bij één ouder neemt toe.
In 2020 is één op de vijf gezinnen een éénoudergezin. In 1995 was dat één op zeven. Dat bleek gisteren uit een rapport van het Sociaal Cultureel Planbureau.

Begin vorig jaar maakte ruim 56 procent van de bevolking deel uit van een gezin, in 2020 wordt dat 53 procent.

Jaarlijks worden 34.000 kinderen geconfronteerd met een scheiding. In 1990 waren dat er nog tienduizend minder.

Ook co-ouderschap is in opmars. Daarbij verdelen moeder en vader de zorg. In 2003 was in 15 procent van de gescheiden relaties met kinderen sprake van co-ouderschap. In 1998 nog 5 procent. De verwachting is dat de toename doorzet door het ouderschapsplan.

De gemiddelde leeftijd van een Nederlandse moeder bij de geboorte van het eerste kind ligt rond de 29 jaar. Uit het onderzoek blijkt ook dat Marokkaanse en Turkse tienermeisjes vaker kiezen voor abortus. In 2006 lag dat cijfer respectievelijk 17 procent en 20 procent hoger dan in 2005.