69. Mannen zijn de beste opvoeders

Archief Henk Noort

Column Henk Noort

Het Financieele Dagblad – FD.nl – Door: Henk Noort – 22 februari 2008, 17:25 uur

Een pleidooi voor diversiteit in de kinderkamer. En: jonge vrouwen worden helemaal niet steeds conservatiever, zoals de media beweren.

Volgens de zojuist verschenen Emancipatiemonitor van het SCP vindt een groeiende groep 20-29-jarigen de vrouw het meest geschikt als opvoeder. De media spreken van hernieuwd conservatisme onder jongeren. Het tegendeel lijkt waar.

Zo blijkt uit diezelfde Emancipatiemonitor dat jonge vrouwen op de meeste andere terreinen juist geëmancipeerder denken dan leeftijdgenoten uit voorgaande generaties. Zij vinden het de normaalste zaak van de wereld dat baby’s naar de crèche gaan en dat huishoudelijke taken en zorg eerlijk worden verdeeld.

En zij brengen die opvattingen ook in de praktijk, want de afgelopen tien jaar gingen zij niet minder, maar meer uren per week werken.

De voorgelegde stelling ‘Een vrouw is geschikter voor het opvoeden van kleine kinderen dan een man’ is overigens multi-interpretabel. Want is opvoeden hetzelfde als zorgen?

Dat vrouwen beter kunnen zorgen, staat als een paal boven water. Omdat dit al miljoenen jaren hun core business is, zijn de bijbehorende kwaliteiten in hun genen en cultuur terechtgekomen. Dagelijks aanschouw ik jaloers de souplesse en het grenzeloze geduld waarmee mijn vrouw voor onze kleintjes zorgt. Daar kan ik moeilijk aan tippen.

De Britse neurologen Andreas Bartels en Semir Zeki ontdekten dat moeders verliefd worden op hun baby. De aanblik van hun pasgeborene activeert de ‘beloningsgebieden’ in de hersenen die ook worden geprikkeld bij verliefdheid en cocaïnegebruik. De ‘knuffelhormonen’ oxytocine en vasopressine die daarbij vrijkomen, faciliteren het vrouwelijke zorggedrag.

Vrouwen beschouwen baby’s ook als hun ding. Als ik met onze baby over straat loop, word ik regelmatig lastiggevallen door vrouwen die mij ongevraagd adviseren. ‘Heeft ze geen koude handjes?’ of ‘Moet ze geen mutsje op?’ Vervolgens belt mijn vrouw steevast om me eraan te herinneren dat ik de flesjes moet steriliseren, dat de luiers op zijn, enzovoort. Ze weet dat ik een verantwoordelijke vader ben, maar blijft zich ermee bemoeien.

Maar of vrouwen ook betere opvoeders zijn, valt te betwijfelen. Bartels en Zeki vonden dat een baby vrouwen niet alleen euforisch maar ook kritiekloos maakt. Dit bemoeilijkt het opvoeden. Omdat mannen daar geen last van hebben, zijn zij vaak betere opvoeders.

Decennialang werd het maatschappelijke discours gegijzeld door het feministische dogma dat sekseverschillen niet zijn aangeboren maar aangeleerd. Ingegeven door angst voor Darwiniaans determinisme dat vrouwen veroordeeld tot het moederschap. Maar deze angst is ongegrond. Dat vrouwen beter zorgen en mannen beter opvoeden, pleit voor diversiteit in de kinderkamer.

En dat zorgen vrouwen beter afgaat, betekent natuurlijk niet dat ze eeuwig daartoe zijn veroordeeld. Mannen kunnen het ook, maar omdat dit geen deel uitmaakt van hun overgeërfde bagage, kost het hen meer moeite. Daarom moeten we aanmodderende vaders niet afkraken, maar stimuleren om die achterstand in te halen.

Omdat de Emancipatiemonitor als geheel een heel ander beeld toont en de vraagstelling ambigue is, lijkt de conclusie van de media wat al te snel getrokken. Jongeren zijn helemaal niet conservatiever. Zij zijn beter geïnformeerd, hebben lak aan feministische dogma’s en snappen beter dan babyboomers dat moederschap ook een biologische component heeft. Dit inzicht staat emancipatie niet in de weg. Integendeel.

Psycholoog Henk Noort is publicist en senior researchmanager bij onderzoeksbureau Motivaction.