Ombudsman onderzoekt ondertoezichtstelling bij complexe echtscheidingen

De Nationale Ombudsman, 13 april 2012 

De Nationale ombudsman en de Kinderombudsman onderzoeken de manier waarop Bureaus Jeugdzorg omgaan met de ondertoezichtstellingen. Het gaat hierbij om ondertoezichtstellingen die speciaal zijn gericht op omgangsregelingen bij complexe echtscheidingen. De Nationale ombudsman bundelt klachten die ouders hebben over de uitvoering van de omgangs-ondertoezichtstelling en onderzoekt wat daar mogelijk aan te doen is. Ook de manier waarop Bureau Jeugdzorg het perspectief van het kind meeneemt in de uitvoering, krijgt aandacht in het onderzoek.

Het onderzoek komt voort uit signalen van ouders die zich bij de Nationale ombudsman hebben gemeld. Het gaat daarbij om zaken waarin de verzorgende ouder weigert de omgangsregeling met de niet-verzorgende ouder na te komen. Omdat de verzorgende ouder weigert mee te werken, vraagt de rechter via een ondertoezichtstelling aan Bureau Jeugdzorg de omgang tot stand te brengen. De rechterlijke uitspraken op dit punt kunnen variëren: van de uitspraak waarin de rechter BJZ vraagt te proberen omgang tot stand te brengen tot de uitspraak dat BJZ moet zorgen dat binnen een bepaalde tijd een specifieke omgangsregeling tot stand komt. Maar als ouders niet meewerken, wordt het voor BJZ moeilijk om iets te bereiken.

Ondanks deze rechterlijke uitspraken komt het geregeld voor dat een ouder uiteindelijk het contact verliest met de kinderen. En zo ontstaat er bij de ouders een gevoel van onrechtvaardigheid. Naar verwachting is het onderzoek in de zomer van 2012 afgerond.

Bent u journalist dan kunt u voor meer informatie contact opnemen met: Erna van Eerden (070) 356 36 37 of Yara Backx (070) 356 35 22.

Heeft u vragen over het onderzoek, dan kunt u een e-mail sturen naar omgangs-ots@nationaleombudsman.nl

Trefwoorden: BJZ, Bureau Jeugdzorg, Nationale Ombudsman, Ondertoezichtstelling, onderzoek, OTS, Omgangs-ondertoezichtstelling, Omgangs-OTS,