Susan
Tientallen ouders melden zich bij UvA/Virenze voor een behandeling
Bron: Universiteit van Amsterdam – Bachelor Gedrag en samenleving – Auteur: Esther van Bochove, afdeling Communicatie FMG – 13 maart 2008
Het Academische Behandelcentrum voor Ouder en Kind is een samenwerkingsverband tussen de Universiteit van Amsterdam en Virenze, een instelling voor kind-, jeugd- en volwassenenzorg. Het centrum biedt onder meer behandelingen tegen angststoornissen, echtpaar- en gezinstherapie, cognitieve gedragstherapie en sociale vaardigheidstrainingen. Wetenschappelijk onderzoek maakt integraal deel uit van alle behandelingen.
Bij het in januari opgerichte Academische Behandelcentrum voor Ouder en Kind hebben zich de afgelopen maanden tientallen ouders met kinderen gemeld voor een behandeling. Initiatiefnemer prof. dr. Susan Bögels: ‘Opvoedcursussen zouden standaard in het ziektekostenpakket moeten zitten.’
Susan Bögels: ‘Ouders worden veel meer geconfronteerd met normen- en waardenvraagstukken. Dat maakt opvoeden moeilijker dan vroeger’
Al die opvoedprogramma’s op televisie, trainingen zoals die van UvA/Virenze… is opvoeden nou zo moeilijk?
‘Nederland verkeert in een opvoedcrisis. Ouders hebben op dit moment vooral moeite met de begrenzing van hun kinderen. Hoe bescherm je ze tegen alcohol en drugs? Wat mogen ze wel en niet? Vroeger boden religie, familie en dorpsgemeenschap een gezamenlijke context; de groep stelde de grenzen. Nu die contexten weggevallen zijn, worden ouders veel meer zelf geconfronteerd met normen- en waardenvraagstukken. Dat alles maakt opvoeden moeilijker dan vroeger.’
‘Nederland verkeert in een opvoedcrisis. Ouders hebben op dit moment vooral moeite met de begrenzing van hun kinderen. Hoe bescherm je ze tegen alcohol en drugs? Wat mogen ze wel en niet? Vroeger boden religie, familie en dorpsgemeenschap een gezamenlijke context; de groep stelde de grenzen. Nu die contexten weggevallen zijn, worden ouders veel meer zelf geconfronteerd met normen- en waardenvraagstukken. Dat alles maakt opvoeden moeilijker dan vroeger.’
Iedere ouder verplicht op opvoedcursus?
‘Ik zou het niet verplicht willen stellen, maar ik vind wel dat opvoedcursussen standaard in het ziektekostenpakket zouden moeten zitten.’
‘Ik zou het niet verplicht willen stellen, maar ik vind wel dat opvoedcursussen standaard in het ziektekostenpakket zouden moeten zitten.’
Het behandelcentrum biedt mindful parenting aan, een behandeling die haar oorsprong vindt in meditatie. Dat klinkt zweverig
‘Mindfulness is inderdaad een beetje zweverig, maar het gaat mij vooral om de vraag of het effectief is. De kern is om ouders te leren onbevooroordeeld waar te nemen, waarbij ze aandacht hebben voor het hier en nu. Als je een kind hebt met ADHD, kun je als ouder elke keer opnieuw gestresst raken als je kind druk is. Je wordt boos omdat het ‘nooit’ stil is, met als waarschijnlijk effect dat het kind nog drukker gedrag gaat vertonen. Mindfulness kan ouders helpen om kalmte en rust te bewaren. Het idee is dat kinderen daar zelf ook rustiger van worden.’
‘Mindfulness is inderdaad een beetje zweverig, maar het gaat mij vooral om de vraag of het effectief is. De kern is om ouders te leren onbevooroordeeld waar te nemen, waarbij ze aandacht hebben voor het hier en nu. Als je een kind hebt met ADHD, kun je als ouder elke keer opnieuw gestresst raken als je kind druk is. Je wordt boos omdat het ‘nooit’ stil is, met als waarschijnlijk effect dat het kind nog drukker gedrag gaat vertonen. Mindfulness kan ouders helpen om kalmte en rust te bewaren. Het idee is dat kinderen daar zelf ook rustiger van worden.’
En vanwaar die angsttrainingen? Een beetje bang zijn is toch heel normaal?
‘Sommige kinderen zijn zo angstig, dat het hen of hun gezin belemmert in hun functioneren. Ze durven bijvoorbeeld niet naar school, of durven niet alleen thuis te zijn terwijl ze daar wel de leeftijd voor hebben. Soms kunnen ouders daardoor niet naar hun werk.’
‘Sommige kinderen zijn zo angstig, dat het hen of hun gezin belemmert in hun functioneren. Ze durven bijvoorbeeld niet naar school, of durven niet alleen thuis te zijn terwijl ze daar wel de leeftijd voor hebben. Soms kunnen ouders daardoor niet naar hun werk.’
De trainingen voor angstige kinderen waarnaar jullie onderzoek doen, richten zich niet op de kinderen, maar op de ouders. Waarom is daarvoor gekozen?
We weten dat de ouders een grote invloed kunnen uitoefenen op het gedrag van hun kinderen. Ouders kunnen hun eigen angsten overdragen op hun kinderen, en omgekeerd gaan ouders voorzichtiger om met bange kinderen. Ons uitgangspunt is dat ouders hun kinderen kunnen helpen om van hun angsten af te komen. Wij willen graag onderzoeken of er verschil is in effectiviteit tussen vaders en moeders. Daarom hebben we aparte moeder- en vadergroepen gevormd. Voor elk ouderpaar dat zich meldt met een angstig kind, bepalen wij door loting of de vader of de moeder de training krijgt aangeboden. Om het effect van de training optimaal te meten, behandelen we dus niet de kinderen zelf.’
We weten dat de ouders een grote invloed kunnen uitoefenen op het gedrag van hun kinderen. Ouders kunnen hun eigen angsten overdragen op hun kinderen, en omgekeerd gaan ouders voorzichtiger om met bange kinderen. Ons uitgangspunt is dat ouders hun kinderen kunnen helpen om van hun angsten af te komen. Wij willen graag onderzoeken of er verschil is in effectiviteit tussen vaders en moeders. Daarom hebben we aparte moeder- en vadergroepen gevormd. Voor elk ouderpaar dat zich meldt met een angstig kind, bepalen wij door loting of de vader of de moeder de training krijgt aangeboden. Om het effect van de training optimaal te meten, behandelen we dus niet de kinderen zelf.’
Hoe trainen jullie de ouders?
‘Allereerst maken we de ouders duidelijk wat angst is, zodat ze zich goed kunnen inleven in wat hun kind voelt. Daartoe laten we ze dingen doen die ze eng vinden. Ze moeten licht grensoverschrijdend gedrag vertonen zoals zomaar iemand op straat een euro vragen voor de tram, of alle wekkers bij de HEMA tegelijk laten aflopen. Vervolgens leren we de ouders hoe ze hun kind kunnen begeleiden door middel van een ‘angsttrap’. Elke keer zet je een klein stapje, en uiteindelijk kom je op het punt waarvoor het kind zo bang was.’
‘Allereerst maken we de ouders duidelijk wat angst is, zodat ze zich goed kunnen inleven in wat hun kind voelt. Daartoe laten we ze dingen doen die ze eng vinden. Ze moeten licht grensoverschrijdend gedrag vertonen zoals zomaar iemand op straat een euro vragen voor de tram, of alle wekkers bij de HEMA tegelijk laten aflopen. Vervolgens leren we de ouders hoe ze hun kind kunnen begeleiden door middel van een ‘angsttrap’. Elke keer zet je een klein stapje, en uiteindelijk kom je op het punt waarvoor het kind zo bang was.’
Zijn er al resultaten?
‘We hebben net de eerste training met vaders en moeders afgerond, dus die data moeten allemaal nog worden verwerkt. Ik weet wel dat alle ouders zeer tevreden waren over het effect van de training.’
‘We hebben net de eerste training met vaders en moeders afgerond, dus die data moeten allemaal nog worden verwerkt. Ik weet wel dat alle ouders zeer tevreden waren over het effect van de training.’
Auteur: Esther van Bochove, afdeling Communicatie FMG
Bron: FMG Communicatie: communicatie-fmg@uva.nl
Gerelateerd artikel:
- Do fathers know best? Bange vaders, bange kinderen?; Susan Bögels